Beton impregneren is een behandeling waarbij een beschermende vloeistof op het betonnen oppervlak wordt aangebracht. Deze vloeistof dringt diep door in het beton en creëert een onzichtbare barrière die water, chemicaliën en andere schadelijke stoffen afstoot. Dit proces verschilt van andere behandelingen, waarbij beton coating en sealers de beschermende laag op het oppervlak vormen.
De techniek wordt onder andere in de volgende situaties toegepast:
- In de utiliteitsbouw, voor het beschermen van parkeergarages tegen olie, brandstof en slijtage door voertuigen.
- In de infrastructuur voor het beschermen van bruggen en viaducten tegen corrosie en weersinvloeden.
- Bij particuliere woningen en bedrijfspanden waarvan de esthetiek en bescherming van structurele elementen worden verbeterd.
Impregneren in 3 fasen
Het impregneren van beton omvat diverse fasen die zorgvuldig moeten worden uitgevoerd om optimale resultaten te bereiken. Deze fasen zien er doorgaans als volgt uit:
- Voorbereiden van het oppervlak: het betonnen oppervlak moet grondig worden gereinigd om vuil, stof en eventuele oude coatings te verwijderen. Hierdoor kan het impregneermiddel goed doordringen.
- Aanbrengen van het impregneermiddel: het impregneermiddel wordt gelijkmatig op het oppervlak gespoten of gerold. De vloeistof trekt in het beton en vormt een beschermende laag binnenin het materiaal.
- Uitharden en nabehandelen: na het aanbrengen moet het impregneermiddel de tijd krijgen om volledig in te trekken en uit te harden. Dit is afhankelijk van het gebruikte product en de omgevingstemperatuur.
De chemische werking van impregneermiddelen is gebaseerd op een reactie met de poreuze structuur van beton, wat een hydrofoob effect creëert en vloeistoffen afstoot.